Het figuurparcours
De start
De skiër kan bij een wedstrijd kiezen tussen verschillende starts, met elk hun eigen puntenwaarde.
Zoals je in de tabel hieronder kan zien zal een start op één voet meer punten opbrengen dan een start op twee voeten. Daarnaast kan de skiër extra punten verdienen door de start moeilijker te maken. Zo krijgt hij een flyer bonus wanneer hij start vanaf de steiger en kan hij zijn punten nog verhogen door te starten van op een toren (tower bonus).
Two Feet | One Feet | Flyer Bonus | Tower Bonus | |
Front Deep | 50 | 100 | 50 | 150 |
Front Toe-Up | 400 | |||
Front Tumble | 100 | 150 | 50 | 100 |
Back Deep | 200 | 500 | 100 | 200 |
Back Toe-Up | 450/350* | |||
Back Tumble | 400 | 700 | 100 | 200 |
* Imperfect version |
Voor een front deep, een front toe-up en een front tumble stuur je best eerst naast de hekgolf alvorens recht te komen (anders kom je in het schroefwater van de boot terecht en kan je moeilijk blijven staan). We kunnen dus stellen dat je alle voorwaartse starts eerst naast de golf gaat alvorens recht te staan.
Bij een achterwaartse start zal je echter wel achter de boot blijven om recht te komen. Wanneer je voeten naar de boot gericht zijn en je op je buik ligt is het praktisch onmogelijk om naar buiten te sturen.
Het parcours
De blootvoeter moet trachten zoveel mogelijk figuren, met elk hun eigen puntenwaarde, uit te voeren in tweemaal 15 seconden.
Bij het figuren zijn er meestal geen boeien aangebracht op het parcours. Enkel bij grote wedstrijden zoals een WK of wanneer de vijver te klein is worden er boeien gelegd. De afmetingen hiervan kan je terugvinden in de tekening hieronder:
Een run start van zodra de skiër zijn eerste beweging inzet na het bekomen van de BSP[1] en eindigt na 15 seconden of wanneer de skiër valt en hierbij zijn touw moet loslaten. Kan hij echter de hendel vasthouden, dan mag hij de doortocht afmaken en kan hij terug punten verkrijgen vanaf het moment dat hij terug in de BSP staat.
De juryleden in de boot beoordelen alle uitgevoerde figuren, alsook de startfiguren en quoteren ze naargelang het reglement.
- De skiër heeft het recht om zoveel mogelijk figuren uit te voeren als hij wil, maar elke start en parcoursfiguur[2] wordt slechts eenmaal gescoord in de eerste of de tweede doortocht.
- De reverse figuur moet onmiddellijk uitgevoerd worden na de basisfiguur en in dezelfde run. Een uitzondering hierop is de 180° en de 540°.
- …
In onderstaande tabel kan je alvast de verschillende figuren, met hun puntenwaarde, terugvinden.
[1] BSP: Barefoot Ski Position
[2] Een parcoursfiguur is een beweging die wordt uitgevoerd tussen twee pauzes in BSP. De skiër moet ervoor zorgen dat deze pauzes duidelijk kunnen waargenomen worden door de jury. Met uitzondering van de tumbleturns moeten alle parcoursfiguren “feet-to-feet” uitgevoerd worden, d.w.z. beginnen en eindigen op de voet(en) zonder dat enig ander deel van het lichaam in contact komt met het water.